LOPEND WANT 2019

DE AANBIDDING DER KONINGEN (ALTAARSTUK)

Natuurlijk was historieschildering
het hoogste doel. Je staat steeds in
de opdracht van ’t verhaal, verslaat dus wat
geschiedt. Je legt niet vast – nee, je vertelt
een nu, dat toen en straks en steeds omvat.

Die moeder met dat kind - de vader stelt
zich steeds bescheiden op, zoals de ezel en
de os. Nee, dan de koninklijke pracht
uit ’t oosten meegebracht, geschenk voor hem,
het kind: de glans van majesteit, de geur
van heiligheid, de bitter smakende grandeur
van macht. Van verre, vreemde koningen hun ja,
het zwakste is soeverein
                                           – hoe zeer ook door
de wereld om ons heen te voor en na
ontkend. Herodes houdt zijn troepen voor
een Sonderaktion al klaar. Hij speurt
gevaar, vermoedt als steeds weer een komplot.
En heel Jeruzalem - lees maar - met hem.

Een koning die ’t verborgen blijft wat er gebeurt,
al zal dit kinderlijk gedoe wel leiden tot
het galgenveld waar men geamuseerd
dit kind tot koning van de Joden proklameert.
Mikpunt van hoon.

                                 Dat dwaas geheimenis
dat hier aan ’t hout is toevertrouwd
door wie – als je goed kijkt – te vinden is
onder ’t publiek dat hier is saamgestroomd
en naar de schijn toevallig hem heeft meegetroond.
Hij kijkt haast even ongelovig, blind
als zij naar koningen, hun gaven en dat kind.
                                                (19-31 januari 2019)

>inhoud