2012-05-02

NOVA ZEMBLA

17.

Het bouwen van de hut (‘huis’ is meer het gevoel)
duurt langer dan een maand. het hout bewerken, het
van ver verslepen, plaatsen, spijkeren eist een boel
en weer en beren zorgen heel vaak voor verlet.
En voor ze goed en wel beginnen met de bouw
sterft ook de timmerman. Was hij al langer ziek?
Heeft hij zich overwerkt? Hoe ’t zij, voor ’t eerst treedt rouw
de kring der schepelingen binnen. Maar voor tragiek
geen tijd. Omdat de grond te hard is, moet men hem
begraven onder kiezels in een kloof. Hij zal
als eerste voor altijd – maar zonder plicht of stem –
een burger van dit eiland zijn. Geen graf. Een val.

De bouw gaat door. Als vaderlandse meiboom prijkt
een grote pegel ijs als men de nok bereikt.
Zo, uit de vriesgrond, rijst hun huis, nou ja, hun hut,
zeiloverdekte lijkkist met een schoorsteen veel
te wijd en dus te koud, maar verder zeer van nut
als later blijkt. Hun huis en haard. Kist? Nee, kasteel.

> inhoud

 



  Website gebouwd door intronet